Doen door Niet-doen
Een begrip uit de TAO, Wu-Wei
Afgelopen week zat ik voor een groep verpleegkundigen om te vertellen over gesprekstechnieken. Er werden verhalen gedeeld en ervaringen uitgewisseld.
Ik had van te voren de casussen gelezen en als oud verpleegkundige herkende ik direct de neiging die we in de zorg hebben. We willen wat doen!
We zijn tenslotte niet voor niets ‘de zorg’ in gegaan. We zorgen graag voor de ander.
Onze waarden en normen nemen we mee de afdeling op. Tel daar onze overtuigingen bij op en een flinke dot van ons best doen, hard werken en van betekenis zijn. Dan heb je een lekker recept.
Alleen de zoete ingrediënten kunnen wel eens zuur gaan smaken, als alles wat we inbrengen anders overkomt bij de ander.
We krijgen tenslotte te maken met diverse culturen. Waar bijvoorbeeld morfine geven om de overgang van leven naar dood iets aangenamer te maken niet gewenst is. Of waar familie zegt, ‘als pa vannacht overlijdt hoef je mij pas morgen te bellen, dat is vroeg genoeg.’ Maar ook patiënten die hun emoties maar moeilijk kunnen uiten, omdat ze er nog niet aan toe zijn om deze met je te delen.
Verpleegkundigen (en misschien wij als mens in zijn algemeenheid wel) hebben bij een slechtnieuwsgesprek het gevoel veel te moeten doen.
Terwijl één woord, één zin, een blik, of een hand op een arm, gewoon aanwezig zijn heel veel betekenis kan hebben.
Je hoeft niet altijd veel te doen, om van betekenis te zijn. Doen door Niet-doen.